Soldatenprotest 1966 - 1984

door Henk Spaan




Inleiding

"Soldatenprotest 1966 - 1984" gaat over opkomst van de soldatenbeweging in Nederland tussen 1966 en 1974, over het daarop volgende proces van normalisering waarin dezelfde beweging terecht kwam, en over de rol van de Vereniging Van Dienstplichtige Militairen (VVDM) en van de Bond Voor Dienstplichtigen (BVD) daarin.
De VVDM werd in 1966 opgericht als organisatie voor de behartiging van de belangen van dienstplichtigen. Met name vanaf het voorjaar van 1969 groeide de VVDM spectaculair van 5000 tot 30.000 leden in het najaar van 1971. Tussen 1970 en 1974 werden de Nederlandse kazernes overspoeld door protestakties van soldaten in allerlei vormen en in een omvang die voordien ongekend was en die ook nadien niet werd geëvenaard.
De BVD werd in 1967 opgericht als Bond Voor Dienstweigeraars, maar veranderde in 1970 zijn naam in Bond Voor Dienstplichtigen. Deze naamsverandering was het gevolg van de radicalisering die in 1969 plaatsvond in kringen van studenten, progressieve jongeren en van dienstweigeraars. De dienstweigeraars besloten om voortaan wél in dienst te gaan, en om binnen de VVDM te gaan opereren als een anti-militaristische linkervleugel. Deze koerswijziging slaagde tot veler verbazing en de BVD kreeg binnen twee jaar aanzienlijke invloed in het soldatenprotest.
Het idee om deze geschiedenis te schrijven ontstond midden in het proces van normalisering waarin de soldatenbeweging zich aan het eind van de zeventiger jaren bevond. Binnen de VVDM en de BVD bestond op dat moment een besef dat de soldatenbeweging niet meer was wat zij geweest was, en dat alle initiatieven op een of andere manier de overtuigingskracht van de vroegere akties misten. Een duidelijk inzicht in de oorzaak daarvan ontbrak, omdat er weinig mensen waren die langer dan twee of drie jaar in VVDM of BVD aktief bleven. Er bestond een schematisch beeld van het verleden, en de nadelen daarvan werden versterkt door het vanuit vakbondsstandpunt begrijpelijke, maar historisch onjuiste denkbeeld dat er in het Nederlandse leger sinds 1966 "niets wezenlijks veranderd was". Op dat moment deed zich de behoefte voelen om het verleden nauwkeuriger te onderzoeken.
Deze geschiedschrijving is niet volledig. Het is niet dé geschiedenis van de soldatenbeweging of van de VVDM of van de BVD, maar vooral een beschrijving van de verhouding tussen de VVDM en de BVD, tussen de gematigden en de radicalen in de VVDM. Ondanks dat krijgt men toch een redelijk beeld van de gebeurtenissen in het Nederlandse leger tussen 1966 en 1980.
Een sub-thema in deze tekst is de verhouding tussen verschillende stromingen binnen de BVD, kort gezegd tussen de trotskisten en de niet-trotskisten.
Een aantal onderwerpen is weinig of niet aan bod gekomen. Het beleid van de legerleiding en van het Ministerie van Defensie is daarvan het belangrijkste. Verder onderzoek in die richting kan een nieuw licht op de gebeurtenissen werpen.
Een ander belangrijk hiaat is de ontwikkeling van de BVD vanaf november 1980 tot de opheffing van de BVD in december 1983. In november 1980 besloot de BVD zich te concentreren op de akties van dienstplichtigen tegen kernwapens en daardoor werd de aandacht voor de "gewone" belangenstrijd die toch al afgenomen was, nog geringer. De BVD koos voor een nieuw werkterrein, en een beschrijving daarvan lijkt alleen zinvol in het kader van een zorgvuldige bestudering van de vredesbeweging als geheel. Dat valt buiten het centrale thema van dit boek.
Ik heb mij vooral gebaseerd op schriftelijke bronnen, omdat verslaggeving van gebeurtenissen en vergaderingen in BVD en VVDM over het algemeen zeer gedetailleerd is geweest en naar ik meen van hoge kwaliteit. De betrouwbaarheid van schriftelijke bronnen is bovendien doorgaans groter dan de betrouwbaarheid van herinneringen van betrokkenen of van beschrijvingen die na verloop van tijd gemaakt werden.
Bij het schrijven van dit boek heb ik voornamelijk geput uit de archieven van de VVDM en de BVD, die zich beide bevinden in het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis in Amsterdam. Daarnaast heb ik geput uit mijn eigen archief; ik was vanaf 1973 tot 1980 aktief in de BVD en vanaf het moment dat ik zelf in dienst ging, in 1977, tevens in de VVDM.
Een blik op de lijst met noten geeft een goed beeld van de aard van de geraadpleegde bronnen.
Deze tekst heb ik geschreven tussen 1984 en 1988, gedeeltelijk als onderdeel van mijn studie. Ik heb het daarna in beperkte kring verspreid in gestencilde vorm (geheel in de traditie van die tijd). In het afgelopen jaar (2011) leerde een herlezing mij dat de tekst veel te lang was. Ik heb veel geschrapt, overigens zonder inhoudelijk veel te veranderen en ik besloot de herziene versie te publiceren op mijn website.

Henk Spaan.