Eens maar nooit meer (feb 2007)
"Wat mij betreft was dit eens maar nooit meer", zei Joost Lagendijk aan het eind van het congres, over de gemiste kans om mee te praten over de vorming van een nieuwe regering. Het was de verwoording van een mening die binnen GroenLinks volkomen legitiem is, of je het er nou mee eens bent of niet. Ik was het overigens voor een behoorlijk deel met hem eens.
Femke Halsema kon het niet nalaten daarop nijdig te reageren. Zij was blij met de excuses die Joost op het congres maakte voor de mogelijk verkeerde uitleg die de pers gegeven had aan zijn woorden. Femke voegde daar vinnig aan toe: "Wat mij betreft was dít eens maar nooit meer".
Ik kan het daar niet mee eens zijn. Ik wil niet zitten in een partij waarin de 'bonzen' hun woorden wegen op een goudschaaltje en waarin een zwijgplicht heerst over de onderlinge verschillen van mening binnen de top. Joost Lagendijk was met zijn mening niet de enige en het was nuttig dat hij zijn mening op het congres, en eerder al tegenover de pers naar buiten bracht.
De discussie had best naar voren gehaald mogen worden. Nu kwam de kwestie terecht in het afvalbakje van de agenda, zonder inleiding, zonder gevolg, temidden van wat ander gemor over de discussie binnen de partij; Joost Lagedijk kreeg vier minuten spreektijd en daarmee basta. Als de voorzitter voor de kwestie een half uur tijd had ingeruimd, hadden we op zijn minst een soort inventaris kunnen maken van de verschillende meningen over de kwestie:
- het strategisch overleg heeft juist gehandeld of
- het strategisch overleg heeft begrijpelijk gehandeld maar misschien niet helemaal juist of:
- het strategisch overleg had misschien beter iets anders kunnen besluiten of:
- het strategisch overleg heeft een belangrijke fout gemaakt die we niet moeten herhalen of:
- we hebben nu te weinig tijd voor een conclusie maar dan en dan zetten we de discussie voort.
Misschien hadden we zelfs een peiling kunnen houden over de vraag of de beslissing juist of onjuist was. Zonder verwijten, zonder zware consequenties, gewoon om te zien wat 800 leden van GroenLinks voor indruk hebben gekregen.
Ik ben ervan overtuigd dat de 700 mensen die bereid waren om op zaterdag naar Utrecht te komen, best een uurtje langer wilden blijven om die discussie aan te horen of mee te voeren. Er waren genoeg tekenen dat het congres niet erop uit was koppen te laten rollen. We kunnen ons best veroorloven om de discussie-teugels enigszins los te laten en we moeten leren te improviseren over een actuele vraagstukken.
Zoals het nu ging kreeg ik geen prettige indruk van de discussie: er wordt wat gemopperd, de mopperaars krijgen een veeg uit de pan en ze krijgen het antwoord dat de kritiek niet juist is en de voorzitster zegt dat alle spreekseconden op zijn. De honden blaffen, maar de karavaan trekt verder. Over een half jaar komt er een nota, we mogen een amendement indienen maar actuele waarde heeft dat dan niet meer.
In datzelfde afvalbakje lag nog iets: een voorstel van 275 ontevredenen (of laat ik zeggen: minder tevredenen) om discussie te starten over de koers van de partij. Iemand van de jongerenorganisatie Dwars zei dat het congres alleen naar de tekst van de motie moest kijken en er geen andere dingen achter moest zoeken. Ook voor dit punt had het congres wel twintig minuten mogen uittrekken, met name om uit te leggen dat er wél iets achter zat. Als 275 mensen zich haasten om een motie mede te ondertekenen, dan is er kennelijk iets dat die 275 mensen willen zeggen. De conclusie van het congres zou niet anders geworden zijn, maar veel aanwezigen zouden beter begrepen hebben wat de oorsprong en het doel van de motie was.
De motie vloeide voort uit een bijeenkomst van mensen die niet tevreden zijn over de koers van GroenLinks. Ik was daar niet, ik wilde er ook niet bij zijn, maar ik begreep dat het een goede bijeenkomst was omdat er veel verschillende meningen waren, omdat iedereen de tijd kreeg om de eigen mening te geven en omdat er naar elkaar geluisterd en op elkaar gereageerd werd. Zoiets lijkt me handig als je een debat-partij wilt zijn.
Tenslotte wil ik opmerken dat er intussen opnieuw een vrij opvallende verandering van koers van GroenLinks is tot stand gebracht. Een verandering die door niemand als zodanig werd opgemerkt en die ook door niemand werd verdedigd of werd bekritiseerd. Voor de verkiezingen in november was de leuze van groenlinks nog "Groei mee", maar dat is nu haastig veranderd in "Groen op 1". Wie een half jaar geleden nog zei dat het milieu het belangrijkste thema voor GroenLinks zou moeten zijn, werd van alle kanten terecht gewezen omdat GroenLinks drie hoofdpunten had: milieu, solidariteit en tolerantie. Het een onlosmakelijk verbonden met het andere. Berichten over opwarming van de aarde en smelten van het poolijs hebben GroenLinks nu tot andere inzichten gebracht. En ineens staat Groen op Een. Beter laat dan nooit. Alleen opvallend dat dat zo geruisloos is gegaan. Moet ik daar pesterig aan toevoegen: geheel in de traditie van GroenLinks, zonder enig debat?
Als we de verkiezingen gaan evalueren dan lijkt mij een conclusie nu al duidelijk: de leuze "Groei mee" was een misser; het was onduidelijk en als er een boodschap in zat dan was dat een heel verkeerde boodschap die beter kon worden omgedraaid in Groei Nee. Moet ik concluderen dat dat nu ook in de partijtop is geaccepteerd.