Afzegging voor het congres (dec 1994)
Beste leden van het bestuur van GroenLinks
(Open brief; Vuurtoren jan 1994)
Bij het doornemen van de amendementen voor het komende congres ontdekte ik tot mijn verbazing dat een voorstel van mij ter vervanging van voorstellen 1 t/m 6 niet in congreskrant 2b is opgenomen. Bij navraag ontdekte ik dat alle Wageningse amendementen twee of drie dagen te laat waren ingeleverd en derhalve niet meer in behandeling konden komen op het congres. Door ziekte hebben de voorstellen een week lang op het afdelingskantoortje gelegen.
Ik vind dit vervelend. Zoals jullie wellicht bekend is, heb ik een stenciltje op het vorige congres uitgedeeld met daarin de inhoud van mijn voorstel plus toelichting. Ik was van plan daarop op het komende congres verder in te gaan. Niet dat ik overdreven verwachtingen heb van een enkel voorstel, maar ik wilde in ieder geval de kern duidelijk maken van mijn kritiek op de organisatie van het politieke debat in GroenLinks. Aangezien ik niet van plan was bij anderen te bedelen om spreekbonnen van twaalf seconden, zou ik waarschijnlijk opnieuw een stenciltje gemaakt hebben.
Ik kan me nu de moeite besparen. Omdat mijn voorstel niet behandeld wordt, heb ik geen poot om op te staan en heeft stenciltjes uitdelen geen zin. Ik kan zelfs niet boos worden over het niet-in-behandeling-nemen, want de voorstellen zijn nou eenmaal te laat ingeleverd.
Natuurlijk ben ik wel een beetje boos. Het is hét kenmerk van bureaucraten steeds vast te houden aan regels en procedures met als argument dat met het maken van uitzonderingen meteen het hek van de dam is. Ikzelf ben iets gemakkelijker ingesteld en heb de neiging om afwijkingen door de vingers te zien, zeker als er sprake is van ziekte of andere gevallen van overmacht. ("Dat kan iederéén wel zeggen", hoor ik de bureaucraten al antwoorden). Dat het voor het congres van november kort dag was, erken ik, maar dat de grens voor het komende congres ver was overschreden, wil er bij mij niet in.
Ik heb nog een andere, betere grond om in beroep te gaan tegen het niet-in-behandeling-nemen van mijn voorstel. Dat is dat ik mijn voorstel al veel eerder aan het bestuur had opgestuurd in een eerdere brief. Mijn voorstel was dus bekend, was ruim op tijd binnen, alleen stond het niet op het officiële formulier ("Maar we maken die formulieren niet voor niets", hoor ik de bureaucraten al weer mopperen).
Hoe dan ook, ik ben niet van plan om in beroep te gaan. Ik win daar niets mee omdat voorstellen die op het laatst nog even onder de congresafgevaardigden worden uitgedeeld, weinig kans maken. Mijn voorstel maakte toch al weinig kans want het gaat met zijn pleidooi voor meer pluriformiteit in de besluitvormingsprocedures recht in tegen de huidige roep om "regie" in GroenLinks. Dat spijt me. Ik blijf volhouden dat GroenLinks voor veel mensen onaantrekkelijk is door afwezigheid van werkelijk debat en niet door een teveel aan debat. Op den duur zie ik wel een kans voor de kern van mijn voorstel: dat het partijbestuur niet met één mening optreedt op het congres, maar de eigen debatten aan het congres voorlegt. Deze discussie komt niet op dit congres en dus waarschijnlijk ook niet in de komende vijf jaar. GroenLinks is oninteressant en GroenLinks blijft oninteressant.
Ik zie dan ook geen reden meer om op het congres aanwezig te zijn en wens jullie veel succes met het beherderen van de kudde makke schapen die GroenLinks inmiddels aan het worden is.